Levensvragen van ouderen
Gepubliceerd op: 22-03-2019
Hoe kunnen we het beste omgaan met levensvragen van ouderen? Deze vraag wordt beantwoord door de Kwaliteitstandaard Levensvragen, samengesteld door Vilans binnen het Expertisenetwerk Levensvragen en Ouderen. Christien Begemann is één van de initiatiefnemers van dit netwerk en werkzaam bij Vilans. Dit interview verscheen eerder in het ZonMw-signalement 'Zingeving in zorg: De mens centraal'.
Begemann houdt zich bezig met levensvragen en ouderen, mentaal welbevinden en communicatie in de zorg. Zij begeleidt teams, inclusief de leidinggevenden, in het verbeteren van de communicatie en daarmee het mentaal welbevinden van de cliënten. Begemann is van oorsprong andragoloog en is werkzaam geweest in het welzijnswerk voor ouderen. ‘Ik heb geen zorgachtergrond en dat kleurt hoe ik in mijn werk sta. Lichamelijke zorg is natuurlijk heel belangrijk, maar in de langdurige zorg gaat het er eigenlijk vooral om dat mensen ondanks hun soms moeilijke omstandigheden toch een zo prettig mogelijk leven kunnen leiden. Dan kom je snel op onderwerpen als welbevinden en zingeving.’
Begemann merkt dat zingeving in de praktijk geen makkelijk begrip is. ‘Het wordt vaak zwaar opgevat. Maar als je erover doorpraat, wordt het eigenlijk direct duidelijk. Ik maak in gesprekken onderscheid tussen alledaagse en existentiële zingeving. Vooral de alledaagse zingeving is in de langdurige zorg aan de orde: “Wat maakt mijn dag de moeite waard? Wat zijn mijn krachtbronnen?” Dit zijn vragen die iedereen herkent; zowel ouderen en hun familie als zorgmedewerkers.’
Er zijn ook de grote vragen van het leven: 'Waarom leef ik? Heb ik het wel goed gedaan? Waar doe ik dit nog voor?' Die komen op bij mensen die soms in moeilijke omstandigheden leven en terugkijken op hun leven. Begemann: ‘Het is belangrijk daar oog voor te hebben en zo nodig te weten wie daar met een cliënt over door kan praten, als dat in eigen kring niet mogelijk is.’
Expertisenetwerk en de kwaliteitsstandaard
Eén van de onderwerpen, waar Begemann zich enkele jaren geleden mee bezighield, was eenzaamheid en het versterken van sociale netwerken. ‘Uit onderzoek bleken de bestaande interventies helemaal niet effectief te zijn. Ik had er al een onbehagelijk gevoel bij, want het ging vooral over hoe je mensen de deur uit krijgt om gezellige dingen te doen. Maar in de werkelijkheid ging die eenzaamheid vaak heel ergens anders over; mensen kunnen zich emotioneel heel eenzaam voelen. Met een aantal mensen zowel van binnen als buiten Vilans hebben we een bijeenkomst georganiseerd en gekeken welke organisaties we nodig hebben om echt een bewustzijnsverandering tot stand te brengen in de ouderenzorg. Met acht organisaties zijn we het Expertisenetwerk Levensvragen en Ouderen gestart. Zes jaar lang hebben we financiering ontvangen van de ouderenfondsen en hebben we ons kunnen ontwikkelen. Die periode ligt nu achter ons en we gaan op eigen kracht verder.’
Het ‘meesterstuk’ van het netwerk is de Kwaliteitsstandaard Levensvragen: omgaan met levensvragen van ouderen. Begemann legt uit hoe de standaard tot stand is gekomen. ‘De ontwikkeling van deze standaard heeft twee jaar geduurd. We hebben met vier zorgorganisaties nauw samengewerkt. Wij hebben projectmatig informatie opgehaald en de Universiteit voor Humanistiek heeft onderzoek gedaan. Daarnaast is er een expertgroep in het leven geroepen en hebben we consultatierondes gehouden. Hierdoor is heel veel draagvlak gecreëerd.
Bij de standaard hoort ook een meetinstrument. Dit instrument bestaat uit een set vragen, die bedoeld zijn voor de interne dialoog. Hoe ziet een organisatie zelf kwaliteit van zorg op het gebied van ondersteuning bij levensvragen en hoe kan deze verbeterd worden? En dat geldt voor alle niveaus: bestuurders, zorgprofessionals, cliënten(raden).’ Vanuit het Expertisenetwerk wordt nu een werkprogramma Liefdevolle zorg aangeboden om de standaard in de praktijk te implementeren. Dit programma duurt een jaar en wordt door medewerkers van Vilans en Reliëf begeleid. ‘We zijn het netwerk uit onvrede gestart,' vertelt Begemann. ‘Gelukkig is er nu meer aandacht voor liefdevolle en belevingsgerichte zorg, voor gastvrijheid, welbevinden en welzijn. Het besef komt terug dat er naast lichamelijke zorg ook aandacht moet zijn hoe het echt met iemand gaat. Gewoon de vraag stellen: “Hoe gaat het nu eigenlijk met u?” ’
Behoeftes van ouderen
Als het aan Begemann ligt, wordt er meer onderzoek gedaan naar de behoeften van ouderen zelf. De Universiteit voor Humanistiek heeft in haar theoretisch kader zingevingsbehoeften goed omschreven. ‘Het zou mooi zijn om dit nog meer te operationaliseren naar de praktijk; hoe uiten ouderen die behoefte precies, zodat we dat beter kunnen herkennen. Ook zou het goed zijn meer te weten over de effecten die omgaan met levensvragen (daar aandacht voor hebben en gepast op ingaan) op de kwaliteit van leven van cliënten heeft. Het onderzoek van de Universiteit voor Humanistiek geeft daar al wel enige aanwijzingen voor: positieve emoties tonen, ontspannen gedrag en zich bijvoorbeeld verbonden voelen, eigenwaarde hebben en een doel in het leven ervaren. Hier zouden we graag nog meer over willen weten.’
‘Waar ook behoefte aan is, is het beantwoorden van de vraag wat onze investeringen eigenlijk opleveren in termen van kostenbesparingen op de zorg. Er zijn de afgelopen jaren twee onderzoeken gedaan naar het effect van gesprekken die vrijwilligers voeren over levensvragen met ouderen die nog zelfstandig wonen. Uit beide onderzoeken (Nijmegen en Rotterdam) komt naar voren dat het investeren in het begeleiden van vrijwilligers om deze gesprekken te kunnen voeren, geld oplevert in termen van besparing op huisartsenzorg en dergelijke. Dat zijn op zich belangrijke resultaten. De verhalen die wij uit de praktijk horen, bevestigen deze bevindingen. Het zou prachtig onderzoek zijn om te kijken wat het oplevert voor de cliënt, voor de medewerker, voor de organisatie.’
Begemann is ervan overtuigd dat de kwaliteit van zorg zal verbeteren als organisaties hun medewerkers duidelijk maken dat aandacht voor zingeving belangrijk is, dat daar tijd en ruimte voor is. Dit betekent ook een investering in de zingeving van medewerkers zelf. ‘Het gaat er vaak over dat medewerkers “meer moeten aansluiten op de behoeften van de cliënt”, maar we moeten ons afvragen of we wel voldoende naar de medewerkers kijken. Investeren we voldoende in hen? Om te kunnen geven, moet je zelf ook ontvangen. Andries Baart geeft een mooie definitie van goede kwaliteit van zorg. Die luidt als volgt: “Ik vind dat jij mij goed benadert als ik merk dat het jou wat uitmaakt hoe het met mij gaat.” Dat kan in een kwestie van seconden gebeuren. Het gaat over empathie, je in de ander inleven. Dat kunnen medewerkers die zelf zin in hun werk ervaren.’
Zingeving in zorg: De mens centraal
Dit interview verscheen eerder in het ZonMw-signalement over Zingeving in zorg (pdf). Hiermee hoopt ZonMw het debat over zingeving in de zorg een extra impuls te geven, en dat door het verwerven van meer kennis, de kwaliteit van zorg verbetert.