Mobiliteit draagt bij aan het verminderen van eenzaamheid
Gepubliceerd op: 19-10-2019
Mobiliteit biedt de mogelijkheid om contacten te onderhouden. Zonder vervoer neemt de kans op eenzaamheid toe. We zetten een aantal vervoersmogelijkheden voor ouderen op een rij.
Mensen blijven steeds langer thuis wonen, ook als ze steeds minder zelfredzaam zijn. Het is niet vanzelfsprekend dat zij zich vrij en zelfstandig verplaatsen. Wanner iemand bijvoorbeeld altijd heeft autogereden en dat niet meer kan of mag, heeft dat grote impact op het (sociale) leven.
Dit artikel verscheen eerder in Geron, tijdschrift over ouder worden & samenleving. Auteur: Kamieke van de Riet, programmamanager Mobiliteit bij Zet.
Minder mobiel=minder contacten
Niet voor elke situatie is mobiliteit een oplossing. Mobiliteit is geen middel om de kwaliteit van relaties te verhogen. Het kan wel mogelijkheid bieden om het aantal contacten te vergroten of in stand te houden. Fysiek bezoek is belangrijk voor bestaande contacten, maar ook het leren kennen van nieuwe mensen is makkelijker als je je onder de mensen kunt begeven.
Vervoer voor ouderen
Er zijn steeds meer vervoersinitiatieven die mensen de mogelijkheid geven om samen boodschappen te doen (Boodschappenplusbus), het theater te bezoeken (stichting Vier het leven), deel te nemen aan activiteiten in de buurt of familie en vrienden te bezoeken (Vrijwillige vervoersdienst, Dorpsauto of Automaatje (ANWB).
De mogelijkheden zijn er volop, toch weten veel ouderen deze initiatieven niet te vinden, ondanks advertenties in lokale kranten, persberichten en websites.
Pilot Mobiliteit en eenzaamheid
In Udenhout is in 2016 de aanpak 'Mobiliteit en eenzaamheid' ontwikkeld. De gesprekken met professionals, vrijwilligers in zorg en welzijn en met eenzame ouderen leidden al snel tot de conclusie dat er tussenpersonen nodig zijn om de match tussen vraag en aanbod samen te brengen. Een bekend, vertrouwd persoon kan mensen over de drempel helpen. Dit zijn bijvoorbeeld wijkverpleegkundigen, ouderencosulenten en vrijwilligers van welzijnsorganisaties, de Zonnebloem of ouderenbonden. Zij kregen inzicht in alle regionale vervoersmogelijkheden met een vervoerswaaier. Hierin stonden alle lokale vervoersmogelijkheden, van openbaar vervoer tot vrijwillige hulpdienst. De waaier kon ook als hulpmiddel worden gebruikt om het gesprek met ouderen aan te gaan.
Steun voor uitbreiding aanpak
Met steun van het programma 'Meer veerkracht, langer thuis' van FNO Zorg voor kansen, wordt deze pilot in meerdere gemeenten toegepast. In Oisterwijk, Rucphen en Wernhout werkt men nu ook met de aanpak Mobiliteit en eenzaamheid. Hierbij valt op dat elke gemeente zijn eigen dynamiek kent. Er is een aantal randvoorwaarden voor deze aanpak en de praktijk leert dat elk traject tijd nodig heeft om deze voorwaarden te realiseren. Ook blijkt dat een werkgroep met een kartrekker, een mix van professionals en vrijwiliigers en samenwerking met andere projecten goed werkt. Ook dit kost weer tijd. Maar door samenwerking met anderen kun je meeliften op bestaande energie, ervaringen en bereik.