4 activiteiten om persoonsgerichte zorg te verbeteren
Gepubliceerd op: 17-04-2019
Persoonsgerichte zorg is een belangrijk onderdeel voor succesvolle integrale zorg. Zeker voor oudere mensen die thuis wonen. Integrale zorg is het afstemmen van preventie, zorg en welzijn om de gezondheid en kwaliteit van zorg te verbeteren. Het afstemmen van integrale zorg heeft voordelen wanneer het is aangepast op de wensen van de oudere. Zo kan de zorg de risico's en het aantal verschillende zorgvragen verminderen.
De activiteiten komen uit de SUSTAIN-Roadmap. Dit is een praktische vertaling van alle resultaten uit het onderzoek van het Europese project ‘SUSTAIN’. Dit samenwerkingsproject onderzocht hoe je integrale zorg aan thuiswonende ouderen in Europa verbetert. Dit is deel 2 in de serie over SUSTAIN.
Wat is persoonsgerichte zorg?
Persoonsgerichte zorg gaat uit van persoonlijke behoeftes, voorkeuren, cultuur, capaciteiten en sterke kanten. En juist niet van ziektes of beperkingen. Wanneer zorgverleners ook invloed hebben op het welzijn van de oudere, verkleint dat risico’s. Bijvoorbeeld door oog te hebben voor eenzaamheid.
Is een oudere niet meer in staat om zijn eigen wensen en behoeften te benoemen? Dan kan een zorgverlener nog steeds persoonsgericht werken. Bijvoorbeeld door hulp te vragen van familieleden en mantelzorgers.
Persoonsgerichte zorg leidt tot betere integrale zorg
Betere persoonsgerichte zorg, leidt tot betere integrale zorg. De volgende activiteiten helpen hierbij:
1. Goede communicatie en actief luisteren
Door goede communicatie en actief luisteren krijgen professionals beter inzicht in de gezondheid van de gebruiker. En in diens sociale en emotionele situatie. Hiermee bouwen ze aan een relatie met vertrouwen en zo vergroot je de betrokkenheid van de oudere en zijn mantelzorger.
Actief luisteren vraagt om volledige concentratie, reageren en onthouden wat iemand heeft gezegd. Maar het gaat niet alleen om luisteren met de oren. Ook met hart en hoofd is het belangrijk om te ontdekken wat de wensen en zorgen zijn. De communicatie moet gericht zijn om medische termen en vaktaal zoveel mogelijk te ontwijken. Op die manier is de wereld hoe een oudere en een professional het ervaren meer hetzelfde.
Een voorbeeld uit de praktijk
In een verbeterproject in Oostenrijk pasten verpleegkundigen hun taalgebruik aan de ouderen aan. In plaats van ‘dementie’, gebruikten ze woorden als ‘vergeetachtigheid’ of ‘het geheugen beoordelen’. Dit deden ze wanneer ze iemand onderzochten op dementie.
- Lees ook eens de column ‘Toversleutels’, van Carlo Leget (hoogleraar zorgethiek). Hij vraagt zich af wat het belangrijkste is voor goede communicatie tussen patiënt en zorgverlener. Het stellen van de juiste vragen, rust, oprechte aandacht en een open houding?
2. Samen beslissen en zorgplan opstellen
Resultaten uit onderzoek laten positieve resultaten zien over ‘samen beslissen’ en ‘samenwerken met de oudere’. Het leidt tot minder opnames en een korter verblijf in het ziekenhuis, en tot lagere kosten.
Bij ‘samen beslissen’ is het belangrijk om de mogelijkheden tot behandelen zo compleet mogelijk in kaart te brengen. Dit doen de zorgprofessional en de oudere samen, door de voordelen en nadelen te bekijken. Het proces van ‘samen beslissen’ helpt ook om samen zorgplannen te maken.
Een voorbeeld uit de praktijk
In Catalonië organiseerde het zorgteam een bijeenkomst met cliënten en hun zorgverleners. Op die manier bespraken en beoordeelden zij samen de zorgplannen. Deze waren opgesteld na een overleg over een casus tussen verschillende vakgebieden. Hierdoor beslisten ouderen mee over hun eigen zorgplanning. Daarna werden de bedachte acties in het zorgplan geaccepteerd.
- Bekijk ook eens de infographic ‘Samen beslissen met ouderen’.
3. Continuïteit in de relatie
‘Continuïteit in de relatie’ betekent dat professionals de hele tijd een zorgrelatie verzekeren met de oudere. Dit doen zij tijdens de periode dat dit nodig is, en door verschillende gebeurtenissen rond de gezondheid en het leven heen. Dit kan ook een groep zorgprofessionals doen. Voorwaarde is wel dat het welzijn van de cliënt niet slechter wordt. En dat er wordt voldaan aan de wensen en zaken die voorrang hebben van de cliënt.
‘Continuïteit in de relatie’ zorgt voor vertrouwen tussen de zorgprofessional en de oudere. Dit stimuleert meelevende gesprekken, waarin de samenwerking goed verloopt. Het verbetert de ervaring van zorg. Niet alleen voor de oudere, maar ook voor de zorgprofessional en de informele mantelzorger. Ook vergroot het de kwaliteit van zorg en werkt het mee aan betere uitkomsten.
4. Ondersteunde zelfzorg
Het is erg belangrijk dat ouderen hun eigen zorg kunnen regelen. Hierdoor worden diensten beter ingezet en gebruikt. Ook het behoud van gezondheid en welzijn van ouderen is belangrijk. Dit kan door ondersteuning van zorgverleners, familieleden en de cliënt zelf. Hierdoor kan de cliënt zorgen voor zijn of haar eigen gezondheid, welzijn en zorg.
Professionals kunnen helpen door de eigen rol van de oudere duidelijk te maken. Ook kan de professional effectieve interventies gebruiken. Deze interventies ondersteunen ideeën om goed voor jezelf te zorgen.
Een voorbeeld uit de praktijk
In het ‘KV RegioMed Zentrum’ in Templin begon een therapieprogramma van drie weken. Het belangrijkste doel was dat cliënten konden zorgen voor hun eigen gezondheid en welzijn. Professionals deden dit door een persoonlijk therapieplan te maken. Deze was aangepast op de unieke situatie van de oudere.
- Bekijk ook eens ‘Aanpak GRIP & GLANS-cursussen’. Deze aanpak stimuleert 55-plussers tot meer eigen regie over hun leven en meer welbevinden.
Over SUSTAIN
In het Europese project SUSTAIN werden verschillende projecten onderzocht. Die hadden als doel om de integrale zorg van ouderen die thuis wonen te verbeteren. Het onderzoek werd gedaan door onderzoekers, beleidsmedewerkers en andere partners. Deze mensen kwamen uit acht verschillende landen die aan dit project deelnamen. De Roadmap werd het eindproduct van het project. Hierdoor kunnen beleidsmensen en bestuurders integrale zorg starten en verbeteren in de eigen omgeving.