De 10 grootste misverstanden over mondverzorging bij ouderen

Gepubliceerd op: 16-08-2019

Wist je dat ziekten zoals suikerziekte en reuma een relatie hebben met ziekten in de mond? De projecten ‘Samenredzaam’ en ‘Mondzorg Ouderen: voorlichting voor betere mondgezondheid’ willen ouderen en hun hulpverleners wijzen op het belang van een goede mondgezondheid. Hieronder lees je 10 misverstanden uit de folder ‘Is mijn mond gezond?’

1. Een harde tandenborstel is beter dan een zachte tandenborstel

Nee, een zachte tandenborstel maakt de tanden beter schoon dan een harde tandenborstel. Zacht poetsen met een zachte tandenborstel is het advies.

2. Mijn kunstgebit kan ik ‘s nachts in een glas water bewaren

Nee, een kunstgebit moet droog in een afgesloten bakje worden bewaard. In het water gaan bacteriën en schimmels zich aan het kunstgebit hechten.

3. Ik moet mijn kunstgebit met tandpasta poetsen

Nee, tandpasta kan kleine krasjes aan de prothese veroorzaken waardoor bacteriën en vuil makkelijk op de prothese kunnen hechten. Het kunstgebit kun je het beste schoonmaken met groene zeep of afwasmiddel.

4. Als ik een kunstgebit heb hoef ik niet meer de tandarts

Nee, het is toch nog noodzakelijk om minimaal eens per jaar voor controle naar de tandarts te gaan. Zo kan de tandarts of mondhygiënist eventueel aanwezige mondziekten ontdekken. Een slecht zittend kunstgebit kan namelijk ook voor veel problemen in de mond zorgen.

5. Kwaaltjes in de mond horen bij het ouder worden

Dit is niet noodzakelijk, soms kan dit het gevolg zijn van medicijnen of van chronische ontstekingen. Laat je arts weten dat je last hebt van je mond. En zorg ervoor dat je door de tandarts of mondhygiënist geholpen wordt.

6. Mijn mondgezondheid is de verantwoordelijkheid van mijn tandarts

Nee, de tandarts of mondhygiënist kan je inderdaad helpen bij mogelijke ziekten in je mond. Maar ook andere zorgprofessionals zouden rekening moeten houden met mogelijke problemen in de mond. Laat het je arts, diabetesverpleegkundige, wijkverpleegkundige, thuiszorgmedewerker of een andere verzorger weten als je ongemakken en pijn in je mond ervaart.

7. Mijn mondgezondheid heeft niets met mijn andere ziekten te maken

Onjuist, je mondgezondheid is verbonden met je algemene gezondheid. De mond is tenslotte een onderdeel van het spijsverteringsstelsel. Bij een pijnlijke en ongezonde mond kun je vaak niet goed eten. Dit kan vervelende gevolgen hebben. Daarnaast zijn ziektes zoals suikerziekte, reuma, hart- en vaatziekten verbonden met mondziektes.

8. Gaatjes kun je niet voorkomen

Onjuist, gaatjes kun je voorkomen door maximaal 7 eetmomenten per dag en dagelijks te poetsen met fluoridetandpasta. Sommige mensen zijn iets meer gevoelig voor gaatjes door de samenstelling van bacteriën in hun speeksel. Maar ook deze mensen kunnen gaatjes grotendeels voorkomen.

9. Slechte adem komt uit de maag

Onjuist, heel zelden ligt de oorzaak bij de maag. Bijna altijd komt een slechte adem door ontstekingen in de mond of onvoldoende mondhygiëne.

10. Mensen met een kunstgebit hoeven de mond niet te poetsen

Onjuist, je slijmvliezen moet je ook schoonmaken. Vooral onder het kunstgebit kunnen veel voedselresten blijven zitten die na een tijdje kunnen gaan irriteren.

Onderzoek naar ziektebeelden in relatie tot mondgezondheid

Veel onderzoeken laten een relatie zien tussen mondgezondheid en ziektebeelden zoals een beroerte, diabetes en nierziekten. Vanuit het project ‘Mondzorg Ouderen; bewustwording onder zorgprofessionals’ is een document gemaakt met verwijzingen naar wetenschappelijke literatuur waarin de relatie tussen mondgezondheid en verschillende ziektebeelden wordt beschreven. Bekijk het document bij de downloads hieronder.